Soms staat me de chronologie van alle gebeurtenissen niet helemaal helder meer voor de geest, zo ook in dit geval, want een aantal maanden voordat ik het taartlogo maakte kreeg ik van Marc een manuscript thuisgestuurd, waarop in de aanhef expliciet stond: "Concept, 1ste nog niet gecorrigeerde tekst alleen bestemd voor John Rabou".
Het ging om een verhaaltje van een vijftal pagina's, waarvan ik de inhoud niet zal prijsgeven, al was het alleen maar om deze uitdrukkelijke wens van Marc te eerbiedigen. Het volstaat denk ik om te melden dat er na een schoolreisje naar het Land van Ooit twee buitenbeentjes - Polle en Shoera - in Ooit achterbleven, omdat ze door de rest van de groep vergeten waren. Vanzelfsprekend beleven ze vervolgens een spannend en onvergetelijk avontuur samen met Graniet en Kos.
Het was de bedoeling dat er een tweede prentenboek zou komen, waarvoor ook dit keer de tekst van de hand van Marc was en waarvoor ik wederom de illustraties zou verzorgen.
Er moest eerst een omslagillustratie gemaakt worden, zodat het verschijnen van het boek in de voorjaarsaanbiedingen 2000-folder van de uitgeverij kon worden aangekondigd; de rest van de illustraties kwam dan daarna wel.
In tegenstelling tot het eerste prentenboek zat er dit keer dus flink wat druk op de ketel. Waar ik in het eerste geval een paar jaar de tijd had, moest ik het dit keer doen met hooguit twee maanden, want het was immers de bedoeling dat dit boek in het voorjaar van 2000 zou verschijnen en het was inmiddels oktober 1999! Alle illustraties moesten nog gemaakt worden, de tekst geschreven, het boek moest worden vormgegeven, de tekeningen gelithografeerd en samen met de tekst opgemaakt en het hele circus moest daarna worden gedrukt, gebonden en gedaan! Normaal gesproken wordt hier ongeveer een half jaar voor uitgetrokken, dus het is duidelijk dat er voor het illustreren vrijwel geen tijd over was. Haast was dus geboden.
Voor de omslag maakte ik de volgende schetsen.
Het ging om een verhaaltje van een vijftal pagina's, waarvan ik de inhoud niet zal prijsgeven, al was het alleen maar om deze uitdrukkelijke wens van Marc te eerbiedigen. Het volstaat denk ik om te melden dat er na een schoolreisje naar het Land van Ooit twee buitenbeentjes - Polle en Shoera - in Ooit achterbleven, omdat ze door de rest van de groep vergeten waren. Vanzelfsprekend beleven ze vervolgens een spannend en onvergetelijk avontuur samen met Graniet en Kos.
Het was de bedoeling dat er een tweede prentenboek zou komen, waarvoor ook dit keer de tekst van de hand van Marc was en waarvoor ik wederom de illustraties zou verzorgen.
Er moest eerst een omslagillustratie gemaakt worden, zodat het verschijnen van het boek in de voorjaarsaanbiedingen 2000-folder van de uitgeverij kon worden aangekondigd; de rest van de illustraties kwam dan daarna wel.
In tegenstelling tot het eerste prentenboek zat er dit keer dus flink wat druk op de ketel. Waar ik in het eerste geval een paar jaar de tijd had, moest ik het dit keer doen met hooguit twee maanden, want het was immers de bedoeling dat dit boek in het voorjaar van 2000 zou verschijnen en het was inmiddels oktober 1999! Alle illustraties moesten nog gemaakt worden, de tekst geschreven, het boek moest worden vormgegeven, de tekeningen gelithografeerd en samen met de tekst opgemaakt en het hele circus moest daarna worden gedrukt, gebonden en gedaan! Normaal gesproken wordt hier ongeveer een half jaar voor uitgetrokken, dus het is duidelijk dat er voor het illustreren vrijwel geen tijd over was. Haast was dus geboden.
Voor de omslag maakte ik de volgende schetsen.
Of deze schetsen goed bevonden werden, deed eigenlijk niet meer terzake, want ik kreeg al gauw te horen dat het hele concept moest worden veranderd; ik denk dat de uitgever het verhaal van Marc iets te mager vond. Dus werd er besloten om in plaats van dit verhaal het droevige verhaal van de Graaf en de Gravin te vertellen en wel door Ridder Graniet, eigenlijk precies zoals in Oram Doram Doridam. Alleen in het boek vertelt hij het aan Page Polle, een leerling ridder aan de Ooitse Ridderschool, terwijl ze samen op Kos een rondje maken langs de rand van het Oeroudwoud om de grenzen te bewaken.
Toen ik de schetsen voor de nieuwe versie maakte was deze opzet mij nog niet bekend, dus zo kon het gebeuren dat er in mijn eerste pogingen sprake was van een meisje in plaats van een jongen. Ik dacht in eerste instantie namelijk aan het meisje Shoera uit het oorspronkelijk manuscript. Graniet vertelt haar het verhaal, gezeten onder een lommerrijke boom, terwijl Kos aandachtig toehoort. In de achtergrond verschijnen - als een soort luchtspiegeling - de twee zwartnekzwanen, zoals we die ook in het wapen terugzien.
Toen ik de schetsen voor de nieuwe versie maakte was deze opzet mij nog niet bekend, dus zo kon het gebeuren dat er in mijn eerste pogingen sprake was van een meisje in plaats van een jongen. Ik dacht in eerste instantie namelijk aan het meisje Shoera uit het oorspronkelijk manuscript. Graniet vertelt haar het verhaal, gezeten onder een lommerrijke boom, terwijl Kos aandachtig toehoort. In de achtergrond verschijnen - als een soort luchtspiegeling - de twee zwartnekzwanen, zoals we die ook in het wapen terugzien.
Deze tweede schets beviel mij beter. De nek van Kos verdween op de achterkant van het boek tussen het gebladerte en ik voegde Kraspach toe. Deze schets werkte ik wat verder uit.
Ik moest natuurlijk op de voorkant rekening houden met de titel en de auteursnamen en op de achterkant was in een tekst voorzien; en het uitgeverij-logo; en de barcode. Toch was er nog wat ruimte voor een paar vlinders.
Op zichzelf was deze opzet in orde, maar het meisje moest toch echt vervangen worden door Polle met zijn speelgoed-Kos.
En of Graniet toch niet liever de lezer aan zou kijken! .....en nog even de vlinders.
Nadat Marjan haar fiat had gegeven voor dit ontwerp, kon ik met het uitwerken beginnen. Met het volgende resultaat.
En zo zag de aankondiging in de voorjaarsfolder eruit.
En met gezwinde spoed ging ik verder met de binnenwerk-illustraties, maar daarover graag meer in een volgende aflevering.
5 opmerkingen:
Hoi John,
Dat eerste idee voor het boek doet me denken aan een anekdote uit 'Op weg naar Ooit' volgens mij vertelt Marc Taminiau daarin over kinderen die het liefst na sluitingstijd hadden willen blijven.
Jammer dat dit nooit uitgewerkt is. Hoe meer verschillende verhalen, hoe meer er te ontdekken viel. Ook je had je kunnen afvragen of na de film, tekenfilm en het poppentheater van Oram Doram Doridam hetzelfde verhaal weer verteld moest worden. Achteraf ben ik er wel blij mee. Ik heb het boek op Marktplaats gevonden en ik bewaar het zorgvuldig. Als ik ooit kinderen krijg wil ik het nog kunnen voorlezen.
Hoi John,
Ook ik heb dit boekje kunnen vinden op Marktplaats, gelukkig maar!
Het is grappig dat er tussen de andere uitingen van dit verhaal (die hierboven door Paul werden aangehaald) toch wel opmerkelijke verschillen zitten. Maar het medium dicteert uiteraard het vertel-ritme en zeker voor een boek waarin de illustraties het leeuwendeel van de pagina's beslaat.
Toch vind ik het een beetje jammer dat die eerste variant niet verder kon worden uitgewerkt. Ik weet wel dat er later, onder leiding van een andere illustrator, een boekje werd gerealiseerd waarin het hoofdpersonage twee kinderen waren:
http://www.bol.com/nl/p/boeken/kinderen-de-baas/1001004001956383/index.html#product_images
Maar, en dit zeg ik niet zomaar, dit is wat mij betreft de latere, Neo-Ooitse stijl die niet meer de grandeur draagt van de meer authentiek aanvoelende lijnvoering die jij prachtig hanteert.
Weermaals een pracht-post, John!
Groet,
Maarten
Dank jullie wel heren, voor de vriendelijke woorden.
Waarom uiteindelijk voor het verhaal van Ooit gekozen werd, weet ik eigenlijk niet, maar eerlijk gezegd vond ik dat niet zo erg, want met dit verhaal kon ik beter uit de voeten dan met het eerste. En het is natuurlijk een erg dankbaar onderwerp om te illustreren.
En Paul, dat de kans groot is dat het verhaal - en de illustraties - nog generaties lang zullen worden doorgegeven doet mij deugd, want daar doe je het voor, tenslotte!!
Dank voor het compliment Maarten.
Over het algemeen wordt mijn werkwijze door de meeste kinderboekenuitgeverijen maar matig gewaardeerd, omdat ik niet in een door hen geprefereerde traditie werk. Dat geldt wel voor de illustratoren die meegewerkt hebben aan het door jou genoemde boek van Uitgeverij Leopold. Dit zijn tekenaars uit hun eigen stal.Met mijn tekenstijl kom ik daar niet binnen. Maar de eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ik mij wel een beetje gepasseerd voelde toen ik dit boek voor het eerst zag. Ik vermoed dat dit boekje door de uitgeverij zelf is geëntameerd, want ik zie op het omslag nergens een verwijzing naar Ooit, noch het wapen, dus ik denk dat Ooit nauwelijks bij de produktie betrokken is geweest. En toen dit boekje uitkwam in 2003 was ik eigenlijk al niet meer zo in beeld bij Ooit.
Wat een mooi woord trouwens: weermaals ;-)
John!
Wat een heerlijke post, opníeuw. Ik vind het écht heel interessant om te lezen en (vooral) bekijken hoe jij brainstormt om uiteindelijk tot een perect resultaat te komen. Ik vind het een heerlijke voorkant, een aansprekende, boeiende en móóie voorkant. Het boekje dat Maarten aanhaalde heb ik ook al eens bekeken, en inderdaad, ik sluit me graag bij jullie aan. Dit boekje is bijna niet Ooits te noemen. Ik heb al vaak enigzins twijfelend naar het exemplaar zitten staren, was het uberhaubt wel een boekje uit Ooit?! Geen Marc Taminiau, geen Ridder Graniet, geen logo. En helaas ook geen John Rabou, al zag ik dat al aan de íetwat (voor Ooit) teleurstellende tekenstijl.
Deze tekeningen en schetsen zijn echter érg fijn om eens te bekijken, en ik hoop net als Paul en Maarten ook dit boekje te kunnen bemachtigen. (Het 1e boek heb ik eigenlijk ook vrijwel direct na jouw update gekocht.) Ik ben enorm benieuwd naar het proces van de illustraties aan de binnenzijde ;)
Met uitziende Ooitgroet,
RickU!
Dank je Rick.
Ik ben er inmiddels achter dat het Leopoldboek uitgekomen is ter gelegenheid van het 15-jarig bestaan van Ooit, maar volgens mij heeft de uitgeverij carte-blanche gekregen, want ik denk niet dat Marjan alleen al zo'n omslag zou hebben goedgekeurd. Maar goed, inmiddels had een volgende generatie het roer zo'n beetje overgenomen en waarschijnlijk hadden zij een iets andere visie op een dergelijke uitgave. Mijn rol was toen al zo goed als uitgespeeld.
Ik zag ons boek trouwens nog te koop staan op Marktplaats, dus met een beetje mazzel is het nog wel te bemachtigen.
Een reactie posten